210201 Gewis

(document anno 24 februari 2015, opgevist uit de krochten van mijn eigen chaotische administratie)

 

Mijn voorspelling is dat het verschijnsel Zwarte Piet over niet al te lange tijd zal zijn uitgestorven, net als de Tyranossaurus Rex, de Oeros en het Langsnuitzeepaardje. De grote vraag is nu: verdwijnt daarmee ook Sinterklaas?

Tegenstanders van de Goedheiligman wijzen al op de kwalijke elementen in de bijbehorende liederenschat.

Hoor de wind waait door de bomen,

Hier in huis zelfs waait de wind.

Zij horen daarin een beschamende verwijzing naar onze kierende, kwalijk geïsoleerde en handenvol gas verslindende doorzonwoningen. Geen wonder dat in Groningen de aarde beeft.

Gezongen verwijzingen naar Zwarte Piet zijn natuurlijk immoreel maar wat de tegenstanders op het stuk van de moraliteit het meest steekt zijn de verhulde toespelingen op datgene waarover men hoort te zwijgen. Twee kaatseballen in een net bijvoorbeeld, maar ook Hij komt, hij komt en Ja gewis dan kwam hij wel.

Zulke liederlijke uitingen van decadentie kunnen maar het beste finaal verdwijnen, menen de rechtlijnige bestrijders van 5 december.  Dat de fabrikant van Viagra zal kwispelen van vreugde wanneer deze slogans worden vrijgegeven voor hergebruik, daar heb ik nog niemand over gehoord. Heb ik al iemand horen betogen dat de mantel van de bisschop niet vrij is van kinderarbeid? En verder, als niemand meer weet wat kaatseballen eigenlijk zijn, wat voor zin heeft het dan om erover te zingen?

Het is de hoogste tijd om een bezem door onzedelijk Nederland te halen, roept de aanvoerder. En dan zullen we de musea niet vergeten. Na Sinterklaas leggen wij de schilderkunst op de pijnbank. Oesters, tegelvloeren en neergeschoten fazanten zullen met tri worden verwijderd. En Vermeer zal ervaren dat je niet ongestraft obscure en liederlijke taal kunt gebruiken. Zijn Meisje met de smartphone zal het nieuwe pronkstuk van het Stedelijk Museum worden.