Toen op 11 september 2001 vier vliegtuigen van Al Qaida dood en verderf zaaiden in en buiten New York was de wereld begrijpelijkerwijs in shock. Na de shock begonnen haat- en wraakgevoelens de boventoon te voeren en ook dat is goed invoelbaar. Komma, maar…
Ik zag de beelden van nine eleven, vond ze niet alleen afschuwelijk maar ook iconisch. Ik weet ook nog dat ik onmiddellijk dacht: als we nu eens op een ongebruikelijke manier reageren dan hebben we een onuitwisbaar monument van een kantelpunt in de geschiedenis. Als we nu eens gewoon onze hand uitsteken dan leggen we het probleem bij de ander. Zou dat niet een werkbaar begin van een oplossing zijn?
Ik heb destijds mijn mond niet open durven doen en als je dat niet meteen doet dan ben je gewoon te laat.
De VS en bondgenoten openden de strijd tegen het terrorisme, zoals te verwachten. Dat heeft niet geholpen.
Op 7 oktober 2023 voerde Hamas vanuit de Gazastrook een gruwelijke pogrom uit in het zuiden van Israel. Ook hier weer afschuwelijke beelden en ook hier weer iconische accenten. En opnieuw dacht ik aan een onuitwisbaar monument en aan de optie om de hand reiken aan de ander. En opnieuw durfde ik mijn mond niet open te doen.
Israel heeft uiteraard de strijd tot onvoorstelbare proporties opgevoerd en opnieuw zal het niet helpen.
Overigens bevind ik mij in goed, ja zelfs onverdacht gezelschap. NRC publiceerde op 6 november jl. een interview met Gijs Tuinman (“Nederlands meest gedecoreerde militair”). Ik citeer: hij pleitte in zijn 5 mei lezing “voor radicale empathie met de ander – zelfs met de Taliban.”