Die zie je niet zo vaak, de steltkluut. Maar begin juli was het raak. Locatie Ezumakeeg aan de Friese kant van het Lauwersmeer.
Als je die rode poten ziet begrijp je meteen waarom de inwoners van Bonaire de Europese toeristen betitelen als macamba’s (steltkluten).
Voor de relatieve zeldzaamheid van de steltkluut levert Koos van Zomeren een indirect bewijs: het meer dan uitbundige register van zijn Alle vogels bevat maar één treffer en die heeft dan betrekking op een waarneming in de Camargue.
In zijn prachtige boek De zintuigen van vogels wijdt Tim Birkhead het eerste hoofdstuk aan het gezichtsvermogen. Wie bedenkt dat bij vogels de positie van de ogen varieert – naar voren gericht of zijwaarts gericht plus tussenvormen – die snapt dat het ene oog het andere niet is. Ogen kunnen bij vogels een verschillende rol op zich nemen. Kuikens bijvoorbeeld zoeken voedsel met hun rechteroog en speuren met links naar een predator. En ook hun moeder vinden ze terug met links.
En wat is er in dit verband te melden over de steltkluut? “Het mannetje van de steltkluut vertoont vaker baltsgedrag naar een vrouwtje dat hij met zijn linkeroog ziet” (blz. 60). Dat zou ik graag willen filmen. Maar ja, zeldzaam hè. Dus blijft het bij deze [beelden].
Dat schreef ik in op 190819. Inmiddels heb ik nieuwe beelden van deze “absurde vogel”. Dat zijn niet mijn woorden; ze komen uit de pen van een ontegenzeggelijke autoriteit, te weten Erik van Ommen. Het is te lezen op pagina 91 van zijn boek Poldervogels.
De opnames zijn in 2022 gemaakt in het mooie nieuwe vogelgebied Tusschenwater Drente. De ouder-vogels ogen een beetje nerveus maar de jonkies gaan onverstoorbaar hun eigen gang. De twee secondanten in het begin zijn mogelijk krakeenden.